Ik ging vorige week op rouwkraambezoek. Een stel voor wie ik zeven jaar geleden een huwelijksceremonie had gemaakt, verloor hun tweede dochtertje drie maanden na de geboorte.
Mijn zoon van elf zei van te voren: “Zo, en jij denkt dat die mensen lekker terug willen naar die pijn.”
Ik legde hem uit dat mensen die een heel groot verdriet hebben, het vaak fijn vinden om hun verhaal telkens opnieuw te doen. En dat het ook goéd is: dat, als je niet praat over je verdriet, je hart uiteindelijk van steen wordt. En als je er wel over vertelt, en ja natuurlijk, veel huilt, je hart blijft stromen.
Ik had gelijk. Ze vonden het fijn dat ik kwam, en om hun verhaal te vertellen. Ik vond het ook fijn om hun verhaal te horen. We hadden een hoogtepunt gedeeld; dieptepunten horen er ook bij. Het leven doe je samen.
De dood kan zo verdrietig zijn. De dood van een kind nog meer. Daar wil je niet alleen in gelaten worden.
Ik vind dat wij, als medemens, vriend, buur, collega, of werkgever, mensen met zulk groot verdriet niet alleen mogen laten.
Dus, werkgever, manager, leidinggevende: verliest een collega van je een kind? Laat van je horen. Stuur niet alleen een kaart. Ga erheen. Bel regelmatig. Wees er.
Ja, het is lastig. Ja, je weet niet goed wat je moet zeggen. Maar jouw ongemak doet er nu even niet toe. Stap over jezelf heen, wees dapper, open je oren en je hart.
Of, zoals rouwtherapeute Anne Remijn het zei: “De moed om met lege handen en een mond vol tanden te komen en gewoon maar te luisteren….dat is van grote betekenis.”
Want: samen werken, samen leven. Hoe jij als werkgever je opstelt in deze moeilijke periode, kan je werknemer uiteindelijk aan de zaak verbinden of van haar vervreemden.
Met, ik zou haast willen zeggen rouwlievende groet,
Sophie
PS) De juiste woorden vinden als iemand rouwt, is echt niet makkelijk. Een blunder is gauw begaan. Zie het voorbeeld in bijgevoegde gedicht (zorgen dat mensen het kunnen aanklikken om te vergroten ajb). De oplossing is niet, niets zeggen. De oplossing is zeggen: ‘ik weet niet wat ik moet zeggen’. Maar er wel zijn. Dat is genoeg.
Uit de gedichtenbundel: Doodgewoon. Gedicht: Bette Westera. Illustratie: Sylvia Weve